Het voorslagblok is een zeer dik houten deel, waarin een uitsparing, de laad, is uitgehakt. Naar beneden toe wordt de laad iets smaller. Om het blok zitten zware ijzeren banden, omdat het anders uit elkaar geslagen zou worden. Er zijn ook gietijzeren laden gemaakt die in een houten blok werden gezet.
- Een staander. ( vast jaagijzer ). Dit is een dikke ijzeren plaat die aan een zijde tegen een korte zijde van de laad steunt.
- de perskamer met daarin de haar. Dit is een pers mat waarin de buul met het te persen zaad (meestal lijnzaad of raapzaad) zich bevind.
- .een jaagijzer (of jager). Dit is een dikke ijzeren plaat met gelijke afmetingen als de staander. De jager wordt echter tijdens het olie slaan in de richting van de staander gedreven
- .een kussen. Dit houten blok verdeelt de krachten die tijdens het olie slaan optreden over de oppervlakte van het jaagijzer.
- een schei. De schei is een soort van buffer dat de verticale beweging van de slagbeitel opvangt;
- de slagbeitel. De slagbeitel is een grote wig met de brede kant naar boven. Door de slagbeitel dieper in het slagblok te slaan, worden alle andere losse delen opzij gedrukt en ontstaat een hoge druk in horizontale richting.
een tweede schei. - de los beitel. Dit is een wig, contra aan de slagbeitel dus deze heeft de brede kan onder zitten. Als deze wig naar beneden wordt geslagen komt er ruimte in de laad zodat de slagbeitel weer los kan komen. Om hem naar beneden te kunnen slaan hangt hij aan een verende wipstok die hem vrijhoudt van de bodem.
- een tweede kussen.
- een tweede jaagijzer
- .een tweede haar
- een tweede staander.
De wig pers op de foto perst dus zowel links als rechts olie uit een buul, gevuld met zaad. De olie loopt uit een opening aan de onderzijde, het mammengat, uit het slagblok en wordt daar verzameld in een schaal of kom.